26 april 2010 | Het Financieele Dagblad | Door: Ilan Roos
Terwijl de kosten in de gezondheidszorg zwaar onder druk staan, schieten in de geestelijke gezondheidszorg nieuwe merknamen als paddenstoelen uit de grond. Arkin, InGeest, Lentis et cetera zijn het gevolg van de vele fusies in de branche en de opkomst van gespecialiseerde marktpartijen. Zitten verwijzers en klanten van de ggz wel te wachten op zo’n divers aanbod met al die nieuwe namen?
De fusies zijn een antwoord op de marktwerking in de zorg. Het idee is dat schaalvergroting helpt om een sterkere (regionale) marktpositie op te bouwen. De vaak grote fusie-organisaties kiezen een nieuwe naam, een nieuw merk. Bestaande namen verdwijnen, terwijl die bekend waren en vaak ook een reputatie hadden opgebouwd. Zowel artsen als consumenten moeten wennen, want groot is niet meteen aantrekkelijk. Als antwoord op die grote ggz-instellingen komen er steeds meer gespecialiseerde bedrijven en klinieken. Voorbeelden zijn HSK, PsyQ, Molemann en Interapy. Zij bieden vaak snelle behandeling voor minder complexe cliënten en profileren zich met kleinschaligheid en effectieve behandelingen.
Ggz-instellingen zien deze concurrentie met lede ogen aan. Zij zijn vaak net gefuseerd en de vraag dient zich al aan of er naast de grote organisatie een kleinere dochter moet komen, die zich net als de gespecialiseerde klinieken aantrekkelijk en klein gaat presenteren.
Die ontwikkeling is nu zichtbaar. Zij past niet bij de behoeften vanuit de markt. Huisartsen willen dat hun cliënten goed terechtkomen en dat ketenzorg is gegarandeerd. Zelfzoekende consumenten zijn geïnteresseerd in zorg die past bij hun individuele behoefte. Voor beide groepen geldt dat het zorgaanbod prima onder één merknaam kan worden aangeboden, zolang het maar goed vindbaar is en van goede kwaliteit.
Ggz-instellingen moeten zich niet te veel laten afleiden door opkomende concurrenten en meer aandacht geven aan het bouwen van hun eigen sterke marktposities. Naast goede zorg heeft dat te maken met het bouwen aan een merk. Een sterk merk is bekend en genereert voorkeur bij afnemers. Vanuit marketingperspectief moeten ggz-instellingen eerst werken aan meer bekendheid, een sterk imago en aan een helder aanbod van hun zorg. Het opdelen van het zorgaanbod in verschillende merknamen is te kostbaar voor regionaal opererende instellingen en alleen zinvol als het niet past of zelfs conflicteert met het aanbod van de moederorganisatie.